Werkstraf voor politieagent voor schuld aan dodelijk ongeval

28/08
2013
's-Hertogenbosch ,

De rechtbank Oost-Brabant heeft een 36-jarige politieagent veroordeeld tot een werkstraf van 80 uur en een rijontzegging van vier maanden voor het veroorzaken van een verkeersongeval waarbij een snorfietser overleed.

Volgens de rechtbank is de politieagent aanmerkelijk onvoorzichtig geweest toen hij in maart 2012 rond 19.45 uur via de provinciale weg N248 op weg was naar een melding van een woninginbraak. De agent reed 137 kilometer per uur, terwijl 80 kilometer per uur is toegestaan. De politiewagen reed zonder sirene of zwaailicht. Ter hoogte van hectometerpaal 11.4 kwam de politieauto in botsing met een overstekende snorfietser.

Het is politieagenten in bepaalde omstandigheden toegestaan om verkeersregels te overtreden en bijvoorbeeld harder te rijden dan de maximumsnelheid. De rechtbank oordeelt echter dat de politieagent dat in dit geval niet had mogen doen zonder te overleggen politiemeldkamer, ook al is de rechtbank zich ervan bewust dat het gaat om beslissingen die in een kort tijdbestek moeten worden genomen. Gelet op zijn functie en zijn training tot politieagent mocht van de verdachte worden verwacht dat hij had overlegd met de meldkamer zodat ook zijn voornemen om zonder zwaailicht en sirene te rijden had kunnen worden getoetst.

De rechtbank oordeelt dat de verdachte zijn snelheid had moeten aanpassen of een sirene en zwaailicht had moeten voeren. De snelheidsovertreding van verdachte heeft er toe geleid dat de verdachte niet meer adequaat heeft kunnen reageren op de overstekende snorfietser, ook al was de gedraging van de snorfietser op zichzelf beschouwd een verkeersfout.

Straf

De rechtbank laat bij het bepalen van de straf zwaar meewegen dat er geen enkele twijfel bestaat over de goede intenties van de verdachte die de uitoefening van zijn taak als politieambtenaar zeer serieus neemt. Ook weegt de rechtbank mee dat verdachte er zichtbaar zeer onder gebukt gaat dat door zijn toedoen een jongeman is overleden. Hij heeft aangegeven dat hij nog steeds, bijna anderhalf jaar na het ongeval, in zijn gedachten bezig is met het ongeval en ook met de gevolgen hiervan voor de familie van het slachtoffer.

De rechtbank houdt er eveneens rekening mee dat de korpsleiding mogelijk nog rechtspositionele of disciplinaire maatregelen tegen de verdachte neemt.

De officier van justitie eiste een voorwaardelijke werkstraf en een (deels) voorwaardelijke rijontzegging. Die straffen doen volgens de rechtbank geen recht aan de ernst van het feit en de gevolgen. De rechtbank legt daarom een onvoorwaardelijke werkstraf op en een onvoorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid. De rechtbank ziet geen aanleiding om ook nog een voorwaardelijke rijontzegging op te leggen. Niet alleen is de verdachte niet eerder veroordeeld voor een dergelijk feit, ook is er geen enkele aanleiding om aan te nemen dat de verdachte een vergelijkbare fout nogmaals zal maken.

Datum: woensdag 28 augustus 2013, 13:30
Bron: Rechtspraak.nl
Categorie: Algemeen

Gerelateerde berichten:

Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit bericht.


Website by Web Chemistry