Een 58-jarige man uit Beuningen is in hoger beroep vrijgesproken van poging tot afpersing. De man zou in 2005 samen met één of twee personen iemand mishandeld en/of bedreigd hebben met als doel het slachtoffer een grote som geld afhandig te maken.
Onvoldoende bewijs
Het hof had sterke aanwijzingen voor betrokkenheid van de man bij deze feiten, zo was er een afspraak met een mededader dat deze hem zou bijstaan in zijn pogingen om geld van het slachtoffer te krijgen. Het hof beschikte uiteindelijk over onvoldoende bewijs om hem te veroordelen.
Eerder opgelegd
De rechtbank achtte de man wel schuldig en veroordeelde hem op 26 maart 2010 tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden met een proeftijd van twee jaar. Daarnaast kreeg hij een werkstraf voor de duur van 120 uur opgelegd.