Wat is er te doen aan patenttrollen?

01/11
2012
Veertig procent van alle octrooirechtszaken in de VS worden aangespannen door patenttrollen, las ik bij Ars Technica. Een trol, in braaftaal “niet-praktizerende octrooihouder”, is een patenthouder die zelf niets doet maar wel anderen aanspreekt op inbreuk. Theoretisch legaal, maar het veroorzaakt wel steeds meer wrijving in het octrooisysteem.

Octrooien waren ooit bedoeld om uitvinders te beschermen tegen afkijkers. Vertel hoe je uitvinding werkt, en in ruil krijg je twintig jaar bescherming tegen namaak. Na die twintig jaar is namaken toegestaan, en dankzij het octrooi weet iedereen ook hoe het moet. Winst voor de maatschappij dus, en twintig jaar lang winst voor de octrooihouder.

Ja, klinkt leuk in theorie en nee natuurlijk werkt het in de praktijk niet zo. Want neem van mij als octrooigemachtigde aan, niemand leest graag een octrooi om te weten te komen hoe iets werkt. Zelfs een wetenschappelijk paper is leesbaarder.

Maar goed, dat even terzijde. Iemand heeft een wettelijk exclusief recht en oefent dat uit, wat is het probleem? Dan vind je toch lekker wat anders uit, zou je denken. Laat die trol lekker onder z’n brug zitten en neem de veerpont.

Alleen: dat wérkt niet zo met octrooien. Octrooien beschermen tegen elk gebruik van de uitvinding, ook als deze geheel onafhankelijk opnieuw worden gemaakt. Het kan dus zijn dat je na drie jaar research & development ineens een octrooiclaim krijgt. Dat is nauwelijks te voorkomen; een vrijgave-onderzoek kán wel maar is vreselijk duur en garandeert eigenlijk niets. In ieder geval niet in de ICT, waar op alles sowieso drie octrooien zitten.

Verder is de impliciete aanname in het octrooisysteem dat de octrooihouder zélf de markt op wil met de uitvinding. Het exclusieve recht is bedoeld om hem het monopolie te geven, zodat hij zijn investering kan terugverdienen. Maar wat nu als hij in het geheel niet de markt op gaat en wel anderen tegenhoudt?

Ook zijn octrooien steeds breder en breder geworden, zodat je met je octrooi dingen kunt claimen die je eigenlijk helemaal niet hebt uitgevonden. Formeel mag dat niet maar de praktijk is flexibel. Octrooiclaims worden in vage generieke bewoordingen geschreven waar van alles onder te praten is. En wie dat aan wil vechten is erg duur uit.

Uitvechten zit er trouwens zelden in bij trollen, zo blijkt uit het onderzoek waar Ars zich op baseert. Meer dan 80% van hun zaken wordt geschikt. Ook dan vraag je je af, wat voor claims gaat het om, en welk doel dient het om dit überhaupt toe te staan in de octrooiwet.

Ik blijf er bij: in de octrooiwet moet komen te staan dat je alleen een verbod mag gaan halen bij de rechter als je zélf met een product op de markt bent. In andere gevallen heb je hooguit recht op een redelijke vergoeding.

Nee, dit lost situaties zoals Apple/Samsung niet op. Maar dát is een heel wat neteliger kwestie.

Arnoud

Kent u onze boekenserie Deskundig en praktisch juridisch advies al? Webwinkels, hosting, software, security en meer!

Datum: donderdag 1 november 2012, 08:24
Bron: Iusmentis Blog
Categorie: Internet en ICT

Gerelateerde berichten:

Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit bericht.


Website by Web Chemistry