Had ik al eens gezegd dat ICT van de open standaarden aan elkaar hangt (en wat dat met patenten doet)?

20/09
2019
Innovatie en patenten, volgens de (juridische) boekjes horen die onlosmakelijk bij elkaar. Je vindt iets uit, en omdat je bang bent dat een ander ermee vandoor gaat houd je dat geheim. Dat is vervelend voor de maatschappij, dus kun je als alternatief een octrooi of patent krijgen waarmee je juridisch kunt optreden tegen zo’n innovatie-naäper. Wel moet je dan in detail vertellen hoe je uitvinding werkt, zodat we na afloop van je octrooi er allemaal profijt van kunnen trekken. Klinkt geweldig he? Maar in de praktijk werkt het vaak niet zo. Helemaal niet in de ICT.

Het octrooisysteem zoals wij dat kennen is geboren in de 18e eeuw, hoewel de eerste soort-van patentwet al in 1474 in Venetië van kracht was. Niet toevallig ging dat samen met de eerste Industriële Revolutie (we zitten nu in de vierde, overigens). Er werd veel uitgevonden en op de markt gebracht, en er werd ook veel gekopieerd. Patenten kwamen dan ook precies op het goede moment. Alleen, of ze werkten zoals de bedoeling was, blijft de vraag: al sinds de patenten van James Watt op de stoommachine is er discussie of patenten niet juist innovatie vertragen omdat je nieuwe systemen tegen kunt houden.

In de ICT en met name rond internet hebben we daar lang geen last van gehad, omdat patenten op software niet leken te kunnen. Wiskundige methoden en instructies voor computers waren uitgesloten van octrooi, en de grote innovators/patentaanvragers hadden ook zelden behoefte aan octrooien op dergelijke technieken want uiteindelijk werd alles toch hardware of een schakeling, waar gewoon octrooi op mogelijk was. Maar vanaf de jaren negentig veranderde dat; eerst in de VS en bijna tegen 2000 ook in Europa toen diverse uitspraken van de octrooiverlenende instanties leken te concluderen dat softwarepatenten wel mogelijk waren. Pas sinds de Alice-uitspraak lijkt er gelukkig een einde te zijn gekomen aan de grootste onzin. (Lees dit juridische artikel voor alle jurisprudentie in die tijd.)

Softwarepatenten waren met name vervelend vanwege de standaardisatie. De ICT hangt van de standaarden aan elkaar. Geen product of dienst staat op zich, alles moet met elkaar kunnen praten. Standaarden kun je geheim houden, maar dan kan niemand met je samenwerken en de meeste ict-dienstverleners hebben elkaar toch nodig. Vandaar dat op internet veel gewerkt werd met open standaarden, waarvan de specificatie bekend was zodat iedereen die in kon bouwen. Er is dan alleen één probleem: wat als iemand een patent heeft op iets in die specificatie? Dan kun je deze niet bouwen zonder het patent te schenden.

Wanneer zo’n standards essential patent een specifieke technologie treft, dan is de schade nog te overzien. Dan stap je over van GIF naar PNG of je vermijdt het IDEA algoritme. Maar als het patent fundamenteler is, dan loopt die standaard vast. Volgens mij is dat een bug in het patentsysteem. Bij de eerste industriële revolutie kwam die niet aan het licht, omdat de meeste vindingen in die tijd standalone waren. Daar kun je dan een alternatief naast zetten, maar de dieselmotor hoeft niet compatibel te zijn met de stoommachine of zelfs de benzinemotor.

Het concept van interoperabiliteit of compatibiliteit is daardoor nooit in het patentsysteem verwerkt, en daar merken we nu pas de gevolgen van. Natuurlijk waren die er al langer, maar het ging geruime tijd goed omdat de grootste patenthouders onderling licenties afsloten of patent pools inrichtten waar men eenvoudig kon afrekenen en toegang kon krijgen tot patenten. Als je die standaarden vervolgens in een commercieel verkocht product stopt, kun je die kosten vervolgens gewoon verhalen. Weinig aan de hand dus. Maar op internet werkt dat niet: daar wordt alles gratis geïmplementeerd. Afrekenen per product of per maand dienstverlening is dan niet mogelijk.

De product/patentwerelden en de ict/internetwereld botsen sinds eind jaren negentig steeds vaker met elkaar. De recentste plek waar dit lijkt te gaan gebeuren, is die van de elektrische auto. Op mijn congres The Future is Legal vertelt Lonneke Driessen van de Open Charge Alliance over open standaarden in de elektrische-autowereld:

Inmiddels zijn elektrische auto’s niet meer weg te denken uit het straatbeeld. Over een paar jaar zijn ze zelfs goedkoper dan benzine- of dieselauto’s in aanschaf, onderhoud en verbruik. Daarnaast rijden ze schoner, stiller en soepeler. Een nieuwe wereld ligt dus in het verschiet, waar nieuwe spelers kansen zien. Het eerste juridische wapengekletter is inmiddels een feit. Graag nemen we u mee in het verhaal hoe de eerste rechtszaak over intellectueel eigendom rondom elektrisch vervoer is verlopen, wie er gelijk heeft gekregen en waarom.

Er is nog plek dus schrijf je snel in.

En voor de discussie nu de stelling: patenten hadden bij de zuivere werktuigbouwkunde (en oké, chemie) moeten blijven.

Arnoud

Het bericht Had ik al eens gezegd dat ICT van de open standaarden aan elkaar hangt (en wat dat met patenten doet)? verscheen eerst op Ius Mentis.

Datum: vrijdag 20 september 2019, 08:18
Bron: Iusmentis Blog
Categorie: Internet en ICT

Gerelateerde berichten:

Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit bericht.


Website by Web Chemistry