Wordt het zaterdag in Portugal 51 graden?

01/08
2018
Eerder deze week schreven we op deze site al over de persistentie van het stabiele, warme weer in deze in Nederland zo langzamerhand toch legendarische zomer en over de drukverdelingen die daarbij horen. Het gaat maar door. Ook nu is dat het geval. De kaarten voor de lange termijn laten in ieder geval tot en met volgende week woensdag een aanhouden van de zomer zien, met na het weekend misschien wel enkele dagen lang opnieuw bijzonder hoge temperaturen.

Nu vinden wij zo’n lange periode met zomerweer in Nederland natuurlijk iets heel bijzonders. We zijn het simpelweg niet gewend. In het zuiden van Europa is het weer dat we nu in Nederland hebben normaal, tot feitelijk zelfs aan de koele kant. In Spanje en Portugal gaan ze nu een hittegolf in. Daar hebben ze het dan niet over 5 dagen of meer met 25 graden of meer waarvan minstens 3 dagen een maximumtemperatuur van 30 graden of hoger moeten hebben. Nee, in die streken is een hittegolf van een heel ander kaliber. Daar spreken ze er pas over als meer dan 10 procent van de landelijke meetstations minimaal 3 dagen lang temperaturen laat zien die tot de bovenste 5 procent van de hoogst gemeten temperaturen ooit behoren. Dit is een intrigerende definitie, omdat hij vanzelf meebeweegt met het warmer worden van het klimaat. Bij ons is dat niet zo.

51 graden!
Om een hittegolf te krijgen, moet je in Spanje en in Portugal al gauw aan temperaturen van dik in de 40 graden denken, waarbij er dus per station verschillen zijn. Het temperatuurrecord voor Portugal staat op 47,4 graden in de Plaats Beja, gemeten op 1 augustus 2003. Spanje heeft een record van 47,3 graden, in 2017 (vorig jaar dus) gemeten in de plaats Montoro. De hittegolf, die er nu is begonnen, zou deze records weleens aan het wankelen kunnen brengen, zeker als het aan de berekeningen van het Amerikaanse GFS-model ligt. Dat berekent aanstaande zaterdag voor het laagland ten zuidoosten van Lissabon namelijk een temperatuur van ruim 51 graden!

Hoe realistisch is dit?
Zou deze berekening uitkomen, dan zou het nu geldende temperatuurrecord voor het Europese vasteland, dat op precies 48 graden staat en op 10 juli 1977 in Athene werd gemeten, sneuvelen. Maar hoe realistisch is het dat dit gebeurt? Om aan dergelijk hoge temperaturen te komen, moet in Europa aan heel wat voorwaarden worden voldaan. Als eerste moet de lucht natuurlijk warm genoeg zijn en gelegenheid geven tot dergelijk hoge temperaturen. Daarnaast moet de zon ongehinderd kunnen schijnen. Verder maakt een laaggelegen station de grootste kans op dergelijk hoge temperaturen, helemaal als het er al lange tijd warm is en de bodem opgedroogd. Dan gaat geen straling van de zon verloren aan het laten verdampen van water. Belangrijk is verder dat er geen zeewind invalt, die het oplopen van de temperatuur tegenwerkt. En het helpt enorm als de aangevoerde warme lucht afkomstig is van hoger gelegen gebieden waar de zon ook intens schijnt. Tijdens zijn daling naar het laagland, kan de lucht dan nog wat verder opwarmen.

De kanshebbers
Kijken we nu naar de plaatsen waar de records in Spanje en in Portugal zijn gemeten, dan zien we dat Montoro in de snikhete vallei van de Guadalquivir, in het Spaanse Andalusië ligt, net ten oosten van de historische stad Cordoba. Beja in Portugal ligt in het zuidoosten, ook in een vallei, maar iets hoger dan de zee op zo’n 243 meter. En het ligt ver genoeg naar het oosten om niet meteen van een invallend zeewind last te hebben. Voor beide plaatsen geld dat ze met hun ligging in een vallei hogere gebieden in de buurt hebben die mee kunnen helpen bij het opwarmen van de lucht. Verder is het er al tijden droog en heet. Maar dat geldt voor deze gebieden altijd in de zomer.

De weerkaarten
Dan de weerkaarten. We zien een hogedrukgebied dat de komende dagen van de Azoren opschuift naar het zeegebied ten zuidwesten van Ierland en dat met zijn as voortdurend ten noorden van het Iberisch schiereiland ligt. Aan de zuidflank van dit hogedrukgebied wordt een bel met zeer warme lucht uit Afrika een tijdje ingekapseld boven het zuidwesten van Spanje en Portugal. De twee grote rekenmodellen (het GFS-model en het ECMWF-model) verschillen een beetje van inzicht over hoe warm deze lucht echt is. Als je naar een hoogte van 1500 meter kijkt, dan berekent hert GFS-model boven het zuidwesten van Spanje en het oosten van Portugal op die hoogte plaatselijk een temperatuur van 31 graden, het ECWMF komt tot lokaal 29 graden. Bij de doorrekening van deze temperatuur naar het verwachte grondmaximum voor zaterdag aan het einde van de middag zijn de verschillen nog groter. Het ECMWF komt ten zuidoosten van Portugal met een maximumtemperatuur van 45 graden, het GFS berekent op dezelfde plek ruim 51 graden! Het verschil zit hem in de zeewind die het ECMWF wél en het GFS niet laat invallen.

Wat wordt het?
Bij MeteoGroup bewerken we de ruwe modelgegevens altijd statistisch na. Daarbij wordt rekening gehouden met omgevingskenmerken en het weer zoals dat in het verleden tijdens vergelijkbare situaties optrad. Voor zaterdag berekent deze statistische verwachting in Zuidoost-Portugal temperaturen tot 45 graden. Voor het Spaanse Alcantara staat een verwachte maximumtemperatuur van 45,6 graden, bijna 46 graden dus. De ervaring leert dat, omdat zo’n statistische verwachting niet altijd perfect is voor extreme situaties (omdat die in het verleden nu eenmaal nauwelijks zijn voorgekomen), je er nog wel 2 of 3 graden bij mag optellen om aan die extremen te komen. Dan zou je op lokaal 48, misschien 49 graden uitkomen. Wij gokken dat het Beja in Portugal zal zijn.

Bronnen: MeteoGroup, Wikipedia.

Datum: woensdag 1 augustus 2018, 12:31
Bron: Meteo Consult
Categorie: Weer en Verkeer
Tags: Athene, Griekenland, Ierland, Lissabon, Portugal, Spanje

Gerelateerde berichten:

Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit bericht.


Website by Web Chemistry