Hoofdrol voor mijnenjagers tijdens gevechtstraining

05/06
2018
Meer dan 25 schepen uit 10 landen, waaronder Nederland, varen op de Oostzee. Met 5 schepen pakt de marine sinds afgelopen vrijdag goed uit tijdens het grote internationale maritieme US BaltOps. Het is een door de Verenigde Staten georganiseerde 2-weken durende oefening op de Baltische wateren. BaltOps maakt deel uit van het Partnership for Peace-programma dat de onderlinge samenwerking moet versterken.

Zr. Ms. Mercuur

Torpedowerkschip Zr. Ms. Mercuur, zijner majesteits mijnenjagers Urk, Makkum, Vlaardingen én het hydrografisch opnamevaartuig Snellius bevaren de Oostzee. De Mercuur en de Urk horen bij mijnenbestrijdingsvloot Standing NATO Mine Counter Measures Group 1. In aanloop naar BaltOps spoorden ze in de Baltische zee 44 explosieven op. De vondst bestond uit oude Russische verankerde mijnen, anti-onderzeeboot raketten, Duitse grondmijnen en 2 torpedo’s.

Zr. Ms. Urk en Zr. Ms. Snellius

Afweren van aanvallen

Het belang van explosieven ruimen mag niet worden onderschat. Tijdens een echte oorlogssituatie, vormen allerlei explosieven onder water immers groot gevaar voor de vloot. Mijnenjagers trainen dan ook tegelijkertijd met andere oorlogsschepen om hun toekomstige gevechten te verbeteren, en dat ook nog eens geïntegreerd in een internationaal vlootverband. Dat doen de vaartuigen momenteel rond het Deense eiland Bornholm. Om vlekkeloos met elkaar samen te werken trainen ze verschillende vormen van oorlogsvoering en maritieme taken. Denk aan het afweren van aanvallen door snelle motorvaartuigen of vliegtuigen en schietoefeningen. De inzet van marineduikers en onbemande onderwatervaartuigen is een ander voorbeeld.

Zr. Ms. Makkum.

Mijnenvrij

Zodra de eenheden goed op elkaar zijn ingespeeld, volgt de operationele tactische fase voor de kust van Ustka (Polen). Het scenario staat daarbij niet vast. De eerder beoefende skills en drills zijn bruikbaar om een missie succesvol uit te voeren. Mijnenjagers spelen een belangrijke rol bij het mijnenvrij maken van het kustgebied bij een amfibische landing.

Centrale van een mijnenveger.

Multifunctioneel

Sinds januari is de Mercuur stafschip voor de NAVO. Het beschikt, dankzij Deense drones die mijnen kunnen opsporen, tijdelijk over mijnenjachtscapaciteit. Ook Zr. Ms. Snellius heeft tijdens BaltOps verschillende functies. Het fungeert als vlaggenschip van zijn taakgroep, maar er opereert ook een REMUS-team vanaf de hydrograaf. De Remote Environmental Monitoring Unit (REMUS) is een onderwaterrobot die met name is ontwikkeld voor ondiep water. De robot kan een invasiestrand snel afzoeken naar mijnen of andere obstakels.

De Vlaardingen, Snellius en Makkum trainden afgelopen weken bovendien zaken als bevoorrading-op-zee, slepen, brandbestrijding en zelfbescherming.

Adelborsten

BaltOps is al met al een prachtige leerschool voor alle deelnemers, zeker ook voor de meereizende adelborsten. Deze toekomstige marineofficieren vormen immers straks zelf een belangrijke schakel in een mogelijk conflict op zee.

Datum: dinsdag 5 juni 2018, 12:38
Bron: Defensie
Categorie: Algemeen
Tags: Flevoland, Polen, Urk, Verenigde Staten, Vlaardingen, Zuid-Holland

Gerelateerde berichten:

Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit bericht.


Website by Web Chemistry