Koude winter op komst?

25/10
2016
Seizoensverwachtingen zijn haast van alle tijden. Al tientallen jaren geleden haalden men van alles uit de kast om grip te krijgen op het weer in het komende seizoen. Opmerkelijk is dat het dan steevast vooral gaat over de komende winter. Toch is dat ook weer niet helemaal vreemd. De impact van een koude of strenge winter is nu eenmaal groot. Veelal groter dan bijvoorbeeld een hete zomer. Hoewel, in de recente hete zomers van bijvoorbeeld 2003 en 2006 hebben we gezien, dat een langdurige hitte in Europa wel degelijk een hele hoge prijs kan hebben.

Bloeiende narcissen in december

De afgelopen jaren doken in de herfst bijna zonder uitzondering verhalen op in diverse media van een op handen zijn horrorwinter. Iedere keer liep dat met een sisser af. De afgelopen winters waren in West Europa zacht en wisselvallig. Met soms een flinke impact, dat wel. Vorige winter veroorzaakten herhaaldelijke overstromingen enorme schade in met name Engeland en Wales. Wij bleven gespaard door zware stormen en overvloedige regenval. Het was gewoon zeer zacht winterweer. Zeker in de veruit warmste december ooit gemeten waarin de narcissen voor de kerst al begonnen te bloeien.

Resultaten behaald in het verleden …

Vroeger gebruikte men voor seizoensverwachtingen enkel de zogenaamde analogen-methode. Die komt er kortweg op neer, dat men in de herfst keek naar herfstseizoenen in het verleden die qua verloop sterk leken op de actuele herfst. De gedachte was dus, dat het verloop van vergelijkbare seizoenen in het verleden iets zou kunnen zeggen over het verloop van het komende seizoen. Inmiddels kunnen we met redelijke stelligheid zeggen, dat de analogen-methode verre van betrouwbare resultaten oplevert. Ofwel, resultaten behaald in het verleden, bieden geen garantie voor de toekomst. Helemaal zinloos is de methode overigens niet. Neem bijvoorbeeld het verschijnsel El Nino. We weten uit het verleden wat de gevolgen zijn van een sterke El Nino. En kunnen op basis van een sterkte El Nino tot meer dan een half jaar vooruit zinvolle uitspraken doen over weerpatronen in de tropen, maar ook in de subtropen en tot op zekere hoogte zelfs in gematigde gebieden zoals Noord-Amerika en Europa.

Volkomen absurde afwijkingen

Momenteel is er geen sterke El Nino, wel een zwakke La Nina. Maar op basis daarvan kunnen we eigenlijk niets roepen over de komende winter. Maar er zijn momenteel wel zeer opmerkelijke dingen gaande die op z’n minst voor de komende weken wel iets zeggen over weerpatronen. We schreven recent al over de extreme warmte op veel plekken in het Noordpoolgebied. Spitsbergen beleeft ongekende tijden. Er ligt nog steeds geen sneeuw. Tien dagen gelden veroorzaakte zware regen (notabene) een enorme modderlawine met aanzienlijke schade als gevolg. Spitsbergen staat niet alleen met zijn extreme warmte. Er zijn gebieden waar de afwijkingen nog groter zijn. Rond de Chukchi Zee en de Oost Siberische Zee (waar normaal al ijs ligt, maar nu dus niet) is het 15 tot 20 graden warmer dan normaal. Meteorologisch gezien volkomen absurde afwijkingen.

Poolwervel

Een van de opmerkelijke patronen die soms vooraf gaat aan een koude winterperiode, is een plotselinge sterke opwarming van de stratosfeer (SSW, sudden stratospheric warming). Zo een plotselinge opwarming kan de ‘poolwervel’ als het ware stuk slaan of doen splitsen. De poolwervel is op te vatten als een zeer standvastig lagedrukgebied rondom de Noordpool, dat tot op grote hoogte in de atmosfeer (tot in de stratosfeer) aanwezig is. En aan de basis staat van sterke zonale stromingen op meer gematigde breedte zoals bijvoorbeeld in Noordwest Europa. Een sterke stroming uit het westen garandeert zacht en wisselvallig winterweer bij ons.

Stratosfeer

Een SSW komt in de regel pas voor in januari, februari of maart. Heel soms al in de loop van december. Maar nooit in oktober. Nu wel. Uit de diverse computerberekeningen kunnen we inderdaad afleiden dat de poolwervel in de komende dagen geleidelijk wordt gesplitst door processen die samenhangen met een flinke opwarming van de stratosfeer boven met name Siberië. De oorzaak aan deze opwarming van de stratosfeer is tot op de dag van vandaag oorzaak van veel wetenschappelijk onderzoek. Men koppelt de opwarming wel aan processen in het Himalayagebied of zelfs nog verder naar het zuiden, in het Midden Oosten. Waarom die opwarming nu al op gang komt is volstrekt onduidelijk. Maar de gevolgen, een zeldzaam vroege poolwervel-split, kunnen we dus wel zien aankomen.

Poolhoog

Het gevolg van de opmerkelijke poolwervel-split is de vorming van een sterk hogedrukgebied boven de Noordpool. Tegelijkertijd zien we nu al, en zeker ook op een termijn van 3 tot 5 dagen vooruit, opvallend diepe stormdepressies ‘aan de overkant’ van het Noordpoolgebied, richting de Chukchi Zee en de Aleoeten. Mogelijk houden deze diepe depressies verband met het ontbreken van zee-ijs aan die zijde van de Noordpool. Tegelijkertijd zullen deze diepe depressies er voor zorgen dat het gebrek aan ijs in zee ook niet kan herstellen. Ze blazen vooral nog meer warme lucht het poolgebied in. En dat terwijl de hoeveelheid zee-ijs nu al recordlaag is. Dat record wordt alleen maar scherper op deze manier.

Terug naar ons land

De gevolgen voor ons land blijven voorlopig relatief klein. Echte najaarsstormen blijven uit. In het geblokkeerde patroon (afwezigheid van een sterke westelijke stroming) zijn het ook bij ons de komende 5 tot 10 dagen vooral hogedrukgebieden die het weer bepalen. Hogedruk in deze fase van het jaar, en zeker vanaf november, betekent vaak kouder weer dan gemiddeld. Al is de plaats van de hogedrukkern uiteindelijk van doorslaggevend belang met betrekking tot de temperatuur. De kans op echte kou met een aanhoudende oostenwind lijkt de komende weken niet zo groot. Een vroege stevige winterinval lijkt dus niet heel waarschijnlijk. Ondanks de poolwervel-split. Berekeningen op langere termijn (3 tot 4 weken vooruit, ECMWF model) laten zien, dat het geblokkeerde patroon waarschijnlijk standhoudt. Met een voorkeur van hogedruk richting IJsland en Groenland. De kans op koudere nachten met een graadje vorst lijkt in het eerste weekend van november wat groter te worden.

December

De berekeningen van het Europese model (ECMWF) berekenen ook voor december nog een voorkeur van ‘geblokkeerde patronen’, tussen relatief veel hogedruk op noordelijke breedte en lagedruk op veel zuidelijkere breedte, zoals bijvoorbeeld in de Golf van Biskaje. Dit komt tot uiting in de zogenaamde NAO-index, die aangeeft wat de luchtdrukverschillen zijn tussen noordelijke en meer zuidelijk gelegen gebieden op de Atlantische Oceaan. In ieder geval zit het ECMWF er voor de komende periode goed op. Dat geeft een zekere mate van vertrouwen voor de berekeningen voor december. Op basis waarvan we toch op zijn minste rekening kunnen houden met (zo af en toe) wat kouder weer dan gebruikelijk. Misschien dus een beetje winter later in november of in december. En zeker geen herhaling van vorig jaar. De narcissen, die zien we dit jaar waarschijnlijk niet meer in bloei komen. Voor de maanden januari en februari wordt het signaal voor geblokkeerde (en potentieel koude) patronen bij het ECMWF langzaam zwakker. De boodschap voor winterliefhebbers: vorig jaar zag het er rond deze tijd al vrij kansloos uit, nu is dat (nog?) niet het geval.

Datum: dinsdag 25 oktober 2016, 13:33
Bron: Meteo Consult
Categorie: Weer en Verkeer
Tags: Groenland, IJsland, Noordelijke, Spitsbergen

Gerelateerde berichten:

Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit bericht.


Website by Web Chemistry